Beelden uit mijn kinderjaren Uit mijn jeugd zo vrij en blij Trekken dikwijls als een schaduw Aan mijn peinzend oog voorbij ‘k denk nog dikwijls aan die jaren Vol geluk en zoete vree Hoe verheugd ik steeds ontwaakte in ons hutje bij de Zee Hoe verheugd ik steeds ontwaakte in ons hutje bij de Zee Mijn verbeelding ziet de bloemen Voor ons need'rig venster staan En het strand waar ‘k schelpen gaarde Glanzend bij het licht der maan ‘k hoor mijn moeder zoet vermanen
Als zij mij in 't bedje deed En ik voel weer 's levens morgen in ons hutje bij de Zee En ik voel weer 's levens morgen in ons hutje bij de Zee Wat mij later zal gebeuren 's levens droefheid, 's levens vreugd Nimmer zal ik die plek vergeten Dierbaar plekje van mijn jeugd En mijn laatste wens zal wezen Dat ik een verheugd, tevree 't moede hoofd teneer kan vleien in ons hutje bij de Zee 't moede hoofd teneer kan vleien in ons hutje bij de Zee